Tiny van der Linden

Mijn zusje Gerda, broertje Frans en ik kwamen in maart 1960 vanuit Amsterdam, waar we in klassen zaten van meer dan 40 leerlingen, op een dorpsschooltje met 3 lokalen en waar 2 klassen in één lokaal zaten.

Mijn zusje Gerda, broertje Frans en ik kwamen in maart 1960 vanuit Amsterdam, waar we in klassen zaten van meer dan 40 leerlingen, op een dorpsschooltje met 3 lokalen en waar 2 klassen in één lokaal zaten. Ik kwam in de 5e klas op school. Deze bestond uit een handjevol kinderen. De 6e klas die in hetzelfde lokaal zat bestond uit 3 kinderen. Dat was voor ons best wel even wennen. Dat heeft niet lang geduurd. Want dat went snel. In mij beleving was het een hele gezellige school waar iedereen elkaar kende. Om ons schoolreisje te kunnen bekostigen, hebben wij uit het hele dorp oude kranten opgehaald en tot bijna het plafond in de gang opgestapeld.De gang lag bezaaid met kranten. Er werden zelfs lessen voor opzij geschoven om de kranten te sorteren als pakketjes met een touwtje er om heen en naar de vrachtwagen te brengen. Dat was in Amsterdam ondenkbaar. Van het geld dat de kranten hebben opgebracht, zijn we met het passagierschip De Oranje van Amsterdam naar IJmuiden gevaren. Wat een belevenis. Heel bijzonder. Daarna door met een bus naar jeugdherbeg Teun de Jager in Schoorl. Daar hebben we (in mijn beleving) veel duinwandelingen gemaakt. Ik kan mij herinneren dat ik ergens een kaart had gekocht met een mannetje erop waarvan zijn broek bij regen rood kleurde en bij mooi weer blauw. Meester De Ket vroeg mij regelmatig wat de kleur van het broekje was zodat hij de beslissing kon nemen voor een buitenactiviteit. De biologielessen van meester De Ket vond ik altijd prachtig. De man kon mooie en interessante dingen vertellen over de natuur. Hij (en ook mijn moeder) heeft mij leren kijken naar de natuur. Ook aan de afscheidsmusical Flip de muzikant heb ik leuke herinneringen. Kortom: een leuke tijd gehad, zij het maar kort. Iets minder dan 1 1/2 jaar.

Openbare lagere school, 1960