Ontdek PLUS

Frits Waanders

Kent 0 personen

NA
Woont in -

    Bekijk het volledige profiel van Frits Waanders en al je andere schoolgenoten!

    In SchoolBANK kun je GRATIS je scholen terugvinden en weer in contact komen met je docenten en schoolgenoten. Registreer je en begin meteen!

    Frits Waanders heeft 6 klassenfoto's en kent 0 schoolgenoten. Benieuwd of jij iemand herkent?

    Meld je snel aan en vind jouw oud-schoolgenoten en klassenfoto's terug!

    Aanmelden

    Toen ik als zesjarige naar school ging (de kleuterschool hoefde toen nog niet), heette deze school 'St.

    Toen ik als zesjarige naar school ging (de kleuterschool hoefde toen nog niet), heette deze school 'St. Jozefschool'; de Mariaschool moest nog gebouwd worden. In de eerste klas hadden we juffrouw Bruins, met mooi weer gingen we wandelen, daarnaast zullen we ook wel taal en rekenen hebben gehad. We begonnen met schuin schrijven, later (in de derde of vierde klas) moesten we rechtop gaan schrijven. In de tweede kregen we meester Jacobs. Ik ben bang dat ik me af en toe verveelde, in elk geval moest ik nog wel eens nablijven omdat ik niet oplette. 'Glupo de boze kabouter' was misschien nog wel spannend, maar 'Klaas en grootje' beslist niet. Als ik moest nablijven kwam mijn zusje me halen, en dan mocht ik mee. In de derde klas begon ik een beetje op te bloeien, bij meester Voskuilen. Van mijn zusje had ik al gehoord dat dat een leuke meester was. Voor tekenen kregen we soms les van meester Straus, de hoofdmeester; toen hij mijn kleine paddestoeltje zag zei hij: "Dat héle blad is van jou!" Het mocht dus best wat groter. In de vierde tot en met de zesde klas hadden we meester Tanke, die na het overlijden van meester Straus hoofdmeester werd. Ik had het bij meester Tanke echt helemaal naar mijn zin. Bij mijn 'basisschool St. Josef/Mariaschool' (dat heette indertijd de lagere school, voor ons als kleintjes de grote school) zie ik Chris de Boer, Gijs Huizer en Jeroen Visser weer eens terug. Met Chris zou ik een keer na schooltijd mee naar huis gaan op een woensdag, dat had ik mijn moeder ook verteld (maar niet wèlke woensdag). Dat deed ik dus, een keer, en Chris' vader had gekookt, dat was mijn eerste kennismaking met de combinatie snijbonen met haring. Intussen werd mijn moeder ongerust, maar ze herinnerde zich dat ik 'een keer' met Chris mee naar huis zou gaan, gelukkig, zodat ze niet meteen de politie maar eerst maar Chris' vader belde. Toen kwam ze me op de fiets ophalen. Gijs herinner ik me ook nog goed; maar ik dacht dat we nog véél meer klasgenoten hadden! Jeroen heeft niet lang op de Jozefschool gezeten, hij kwam daar toen zijn ouders aan de Debussylaan waren komen wonen, en ging weer naar een andere school toen ze naar de Sprengenparklaan verhuisden. In de tijd dat Jeroen in Zuid woonde ging ik tussen de middag met hem mee, zijn moeder had dan tomatensoep vooraf, en bij het brood kregen we karnemelk, zónder suiker om wille van het gebit (waar bijna niemand zich toen nog zorgen om maakte). Later zag ik Jeroen terug op het gymnasium, waar we opnieuw klasgenoten werden.

    Katholieke basisschool St.J..., 1951

    Favoriete leraren? Eerlijk gezegd heb ik aan allen goede herinneringen, aan meneer Staal die zijn geschiedenislessen doorspekte met rare poepharken en ons heeft ingewijd in het middeleeuwse sagengoed, en die ik in de hogere jaren als leraar Nederlands had

    Favoriete leraren? Eerlijk gezegd heb ik aan allen goede herinneringen, aan meneer Staal die zijn geschiedenislessen doorspekte met rare poepharken en ons heeft ingewijd in het middeleeuwse sagengoed, en die ik in de hogere jaren als leraar Nederlands had; aan juffrouw Hingst, voor wie we drie schriften moesten reserveren, waaronder één voor chansons et devinettes; aan meneer Seligmann met zijn piepende zolen, van wie ik graag een hoop algebra leerde en die tijdens repetities half (helemaal?) zat te slapen; aan juffrouw Iansen, van wie ik nu nog de overzichten van literaire genres en stijlmiddelen heb; aan meneer Van Niejenhuis, die ik 6 jaren lang heb gehad voor Latijn; aan meneer Klijn, die mij eens een luie hond heeft genoemd, maar ik had ècht moeite met geschiedenis; nou moet ik natuurlijk doorgaan! meneer Jellema, die mijn schelpenverzameling mooi vond; meneer Kuiper, die met plezier een boek van huis meenam waaruit ik Griekse accenten kon leren; meneer De Vries, die (daar ben ik nog altijd blij om) ons fonetisch schrift heeft geleerd meteen aan het begin van het onderricht in het Engels; mevrouw Otto die vroeger beroemd was geweest en ons vergastte op gezang, een keer de hele klas strafwerk gaf, en dat toen ingeblikt overhandigd kreeg; mevrouw Jellema, die ons à travers les styles leidde en ons prachtige proefvertalingen gaf (maar daarmee waren we al eerder begonnen, bij juffrouw Hingst); juffrouw Tans, die niet altijd even blij was met mijn mots et tournures en vond dat ik maar eens een 7 moest hebben op mijn rapport, maar die even blij was als ik toen ik voor het eindexamen Frans een 10 kreeg; meneer Schaier, die een inhaalslag Duits heeft moeten leveren en daar wonderwel in geslaagd is; meneer Van Dijk, die soms gezellig wat ochtendpap in zijn snor meebracht naar school, en mij er een keer van betichtte dat ik me er met een Jantje van Leiendakje had afgemaakt, dat vind ik nou leuk; meneer De Jong, Lambert zeiden WA en ik, of hij nou zo heette of niet, van wie we in de 4e Oude Geschiedenis kregen, ik was ineens goed in geschiedenis!; meneer Heyboer, die een heel ander soort Engels sprak dan meneer De Vries, maar wel correct geloof ik; juffrouw Boekhoff, die we eerst hebben gehad voor natuurkunde, en in 5 en 6 voor wiskunde, een schat van de bovenste plank; meneer Habraken, ome Bram zeiden WA en ik, bij wie ik ineens goed werd in meetkunde; meneer Noordenbos, die ons alle hoeken van de hemel liet zien; meneer Harmsen, die ons leerde scheiden en reageren en dat de klemtoon in Lisboa op de o ligt, zijn dochter had geloof ik ook een Portugese naam; in de 5e klas leerde mevrouw De Maar ons van alles over benzine en andere koolstofdingen; meneer Bottinga, die waarschijnlijk een paar grijze haren heeft gekregen omdat ik maar niet wilde leren zwemmen, dat is later toch nog goed gekomen; meneer Post Greve, bij wie ik me heb kunnen uitleven in kleuren mengen; en van dominee Steenbeek heb ik samen met WA Hebreeuws gehad, als ik me goed herinner zei hij consequent Steenbergen, en dan zei WA 'Van Steenbergen'. Mijn toenmalige boezemvriend Willem Anne (later Wim) en ik hebben de afkorting OH (ge-OH, OH-en enz.) gelanceerd, en voorwaar!, na een paar jaar was dat gemeen taalgebruik. Wat we nog meer op ons geweten hebben weet ik niet, in elk geval hadden we een hoop lol. Ik stop nu maar, lijk Nestor wel wanneer die het op zijn heupen had.

    Gymnasium Apeldoorn, 1957