Ontdek PLUS

Frank-Peter Vischschraper

Kent 0 personen

MARRIED , 4 kinderen
Woont in Amsterdam

    Bekijk het volledige profiel van Frank-Peter Vischschraper en al je andere schoolgenoten!

    In SchoolBANK kun je GRATIS je scholen terugvinden en weer in contact komen met je docenten en schoolgenoten. Registreer je en begin meteen!

    Frank-Peter Vischschraper heeft 2 klassenfoto's en kent 0 schoolgenoten. Benieuwd of jij iemand herkent?

    Meld je snel aan en vind jouw oud-schoolgenoten en klassenfoto's terug!

    Aanmelden

    Mijn herinneringen aan de Philippusschool… Knikkeren op het schoolplein! Vooral Peter van Gemonden was erg goed volgens mij.

    Mijn herinneringen aan de Philippusschool… Knikkeren op het schoolplein! Vooral Peter van Gemonden was erg goed volgens mij. Ik verloor over het algemeen alleen maar en moest dan in mijn eigen straat weer knikkers terugwinnen bij kleinere jongetjes. Gelukkig grepen mijn ouders in en lieten me de winst weer teruggeven. Grappig was ook hoe de waarde van knikkers op en neer ging. In feite was het een economie op kleine schaal. Een knots waarop je de ene dag vanaf de 25e tegel ‘met knik’ moest loeren, kon de volgende dag in waarde zijn toegenomen, en dan werd het 35e met knik. Of juist omgekeerd. Ik herinner me ook de eeuwige ruzies met de ‘katholieken’ van de Mgr. Noletschool, onze buren (daar waar nu huizen staan). Ruzies die vooral werden uitgevochten door het gooien van aardkluiten. Erik Zevenbergen ging voorop in de strijd. Hij was in mijn ogen so wie so het brutaalste kind van de school. “Kom op jongens, gewoon blijven staan,” maande hij ons ooit voor de deur van het gymlokaal, en nam de leiding door een aardkluit met een welgemikte boog richting Noletters te gooien. Ik was van mezelf nogal bang uitgevallen, maar achter Erik Zevenbergen voelde ik me behoorlijk veilig. Ik zal ook nooit vergeten dat hij, in de vijfde of de zesde klas, van de juf het volgende te horen kreeg: “Zo, en nu ga je met je tafeltje en je stoeltje en je pennetje eens lekker op de gang zitten.” Antwoord van Erik, die ondertussen met evenredige kracht het tafeltje naar zijn oorspronkelijke plaats terugtrok: “Zo, en nu blijf ik even lekker met mijn tafeltje en mijn stoeltje en mijn pennetje hier op m’n plek zitten.” Erik’s goede voorbeeld verleidde me ertoe de juf een keer doodleuk bij haar voornaam aan te spreken, maar dat werd niet bijster gewaardeerd. Waar Erik doorging, was het in mijn geval heel snel afgelopen. Ik herinner me dat ik, op de route van en naar school, werd lastig gevallen door jongens uit de omgeving. Ik werd er behoorlijk zenuwachtig van en strikte Sami Sert, die vlak bij mij in de buurt woonde en dezelfde route liep, als mijn beschermheer. Toen was het snel afgelopen, want Sami wist, overigens zonder geweld te gebruiken, zeer dringend de boodschap over te brengen dat wie aan mij kwam, ook aan hem kwam. En zo ver wilde je het liever niet laten komen. Eén keer heb ik ‘gevochten’. Met die vervelende Hans van Grasstek (hoi Hans…), op het schoolplein. Slaan durfden we allebei niet, en dus raakten we verzeild in een even gezellige als merkwaardige worsteling. Ik kreeg hem er zowaar onder, zij het met een uiterste krachtsinspanning. Trilde ondertussen als een gek, hetgeen door enkele van de omstanders fijntjes werd gesignaleerd. Gelukkig was ik trotser op mijn overwinning dan dat ik me schaamde voor mijn zenuwen. Dit zou het rotjoch leren! Ik herinner me de prik die we kregen van de schooldokter in de derde klas. Ik zat vrij achteraan in het alfabet en kon me dus lekker lang opvreten, in tegenstelling tot Roelof Atema, die als eerste de gang naar het martelhokje naast de hoofdingang mocht maken. Terwijl de rij tergend langzaam opschoof in de richting van het onvermijdelijke, kwamen de reeds te pakken genomen slachtoffertjes alweer voorbij huppelen. “Nou, het viel best mee hoor!” Het kon me niet geruststellen, en ik was dan ook ongelooflijk opgelucht toen het voorbij was. Aan mijn lijf geen polonaise… Ik herinner me de strenge maar sympathieke meneer Overgaauw en de strenge maar in mijn ogen niet zo sympathieke juffrouw Van Buren, wiens voorlangs gedrapeerde vlecht mij nog helder voor de geest staat. Nooit zal ik vergeten hoe ik tijdens de musical op het afscheidsfeest de rol vervulde van juffrouw Gek of zoiets - want ik speelde graag vrouwenrollen - en tijdens de grote finale even ophield met zingen om nogal overacterend een vrolijk betoog te gaan ophangen tegen het collega-hoofddoekje dat naast me stond. (Patty volgens mij.) Bijna direct keek ik in de priemende ogen van juffrouw Van Buren, die met driftig zwaaiend vingertje en een en

    Philippusschool, 1969