Ontdek PLUS

Els Koeijer

Kent 0 personen

MARRIED , 2 kinderen
Woont in -

    Bekijk het volledige profiel van Els Koeijer en al je andere schoolgenoten!

    In SchoolBANK kun je GRATIS je scholen terugvinden en weer in contact komen met je docenten en schoolgenoten. Registreer je en begin meteen!

    Els Koeijer heeft 1 klassenfoto's en kent 0 schoolgenoten. Benieuwd of jij iemand herkent?

    Meld je snel aan en vind jouw oud-schoolgenoten en klassenfoto's terug!

    Aanmelden

    In november 1962 kwam ik op school in de eerste klas bij juffrouw Bartelink en verliet in juni 1968 de school na het doorlopen van alle klassen.

    In november 1962 kwam ik op school in de eerste klas bij juffrouw Bartelink en verliet in juni 1968 de school na het doorlopen van alle klassen. Juffrouw Bartelink een lieve, hartelijke vrouw leerde ons lezen en schrijven en leidde de handwerklessen voor de de meisjes van de vijfde en zesde klas. De tweede en derde klas waren een gecombineerde klas o.l.v. juffrouw Willy Langerhuizen, een geheel andere vrouw en leerkracht dan mevr. Bartelink. Elke dag fietste juffrouw Langerhuizen de afstand huis (Enschede) – school en elke morgen werd zij door een groot aantal van haar leerlingen opgewacht bij de ingang van de school, om de eer te krijgen haar tas te dragen!. Elke dag stonden we daar weer schreeuwden en blèrden om het hardst: ‘Juf, mag ik uw tas dragen?’ Kinderen die hun kans om uitgekozen te worden wilden vergroten wachtten haar zelfs op bij het Vrijheidsmonument (nu staat op deze plaats de Rabobank)! Als je de eer te beurt viel ging je voordat de bel ging de klas binnen en hielp je met het uitdelen van de schriften en het planten water geven. Die tas staat in mijn geheugen gegrift, beige, met veel vakken die sloten met ritsen, afgeladen vol met persoonlijke spullen en schoolschriften die thuis werden nagekeken. Op schoolfoto’s staat zij dan ook eeuwig en altijd met die tas over haar schouder. Geduld had ze weinig, als wij het juiste antwoord op een vraag schuldig bleven antwoordde zij met een rammeling. In de vierde klas hadden we de heer Jan Nijland die boeiend kon voorlezen. Als de dag van gisteren herinner ik mij nog dat sollicitanten een proefles kwamen geven; hieruit werd de heer Bart Swalué tot nieuwe leerkracht benoemd en begon met ingang van het nieuwe schooljaar. Toen wij het jaar daarop de nieuwkomer, de heer Swalué, als leerkracht hadden heb ik vaak mijn hersens gepijnigd over het feit hoe hij toch dat overhemd aantrok met boordspeld, want ik zag geen opening of sluiting aan die speld! De gymnastieklessen werden gegeven in de gymzaal of buiten op het veld achter de school. Ook ik herinner mij nog het spel ‘kastie’, met een knuppel tegen een (tennis)bal aanslaan en dan om zes? palen rennen die rondom het veld geplaatst waren. Zodra het mijn beurt was kwamen de deelnemers van de tegenpartij naar voren lopen, want ze wisten bij voorbaat al dat er een vangbal (2 punten) binnen te halen viel. Toen geen kracht in mijn armen en daar is na al die jaren niets aan veranderd. Echter Jilles Bijsterveld sloeg zo hard tegen de bal aan, het hele team kon wel een rondje langs alle palen lopen. De meeste jongens sloegen trouwens hard, want vaak moesten we de bal zoeken in de tuin van de kleuterschool! De handwerklessen voor meisjes begonnen in de derde klas en op datzelfde tijdstip kregen de jongens handenarbeidlessen. Juffrouw Langerhuizen gaf handwerkles aan de derde en vierde klas, de twee hoogste klassen nam juffrouw Bartelink voor haar rekening. Nog steeds vraag ik mij af wie toch in vredesnaam heeft kunnen besluiten om meisjes breien te leren op zulke dunne breipennen (nr. 2) en dan met katoengaren!? Wie, o wie heeft dat toentertijd besloten? Bij veel klasgenootjes zouden zweet en tranen bespaard gebleven zijn als er voor andere breimaterialen gekozen was. Ons eerste werkstukje was een inktlap, het tweede een lapje waarop we later dierenfiguurtjes maasden. Brrr wat een vreselijk werkje. In de vierde klas borduurden we op stramien een merklap met allerlei randjes. Een rand sloot ik verkeerd af, wat mij prompt een rammeling opleverde. In klas vijf namen we de breipennen weer ter hand en nu niet twee maar vier! Een sok moest er gebreid worden. Mevrouw Bartelink die onze lessen verzorgde was voor langere tijd niet aanwezig en haar lessen werden waargenomen door de invalleerkracht mevrouw Henny Swalué. Vier pennen rondbreien ging nog, maar toen... kwam de hiel. Ik heb mij vaak afgevraagd; ‘Wie zat er meer te zweten, wij of mevrouw Swalué die na elke pen/toer breien het breiboek ter hand moest nemen?’ Het was ook gebruikelijk om op school geld te sparen. Elke maandagmorgen brachten wij van huis twee kwartje mee. Een werd bijgeschreven voor het schoolreisje aan het eind van het schooljaar, voor het andere kwartje werden geel/oranje zegeltjes gekocht en geplakt op de spaarkaart die zich op naam op school bevond. De schoolreisjes hadden toentertijd vaste bestemmingen, eerste en tweede klas gingen naar Hellendoorn, derde en vierde klas gingen gezamenlijk, het ene jaar naar het Dolfinarium te Harderwijk en het andere naar de Westerbouwing. In de vijfde klas gingen we naar Amsterdam en maakten we een rondvaart over de grachten. Het schoolreisje in de zesde klas was vijf dagen Vlieland. Samen met de lagere school uit Overdinkel verbleven wij in het Doniahuis. Helemaal vergeten zal ik die reis nooit, want bij het pootje baden in zee verloor ik mijn pas aangeschafte bril. Bij een plaatselijke souvenirwinkel kocht ik voor fl. 0,75 een bamboe-wandelstok, die na zoveel jaren nog steeds bij mij thuis (Kreta) in de paraplubak staat en al veel gebruikt is voor het uitbeelden van allerlei typetjes en figuren. De jaarlijkse schooluitvoering in ‘Ons Gebouw’ mag zeker niet vergeten worden: versjes opzeggen, toneelstukjes instuderen enz. Het was enig! De regel van het versje ‘Meneer Van Dale heeft zijn koffertje al van boven gehaald’ wordt bij ons nog regelmatig gekscherend gebruikt.

    De Springplank, 1962